HAKSCHAER

In het verlengde van de Grieteweg liep vanaf de Harderwijker-straat een zandweg in de richting van de Putterbrink. Deze zandweg heette Korensteeg. Ter hoogte van de voormalige boerderij Schootmansgoed boog de Korensteeg af in de richting van de Husselsesteeg. De Korensteeg verdween voor een groot gedeelte toen de Haschaer als verharde weg in westelijke richting tot aan de Beuken laan werd doorgetrokken. Van de Korensteeg bleven over de gedeelten tussen Hakschaer en Harderwijkerstraat en Beukenlaan tot aan de oude rijksweg. Aanvankelijk lag het in de bedoeling eerstgenoemd gedeelte aan het openbaar verkeer te onttrekken en te laten verdwijnen. Het raadslid de heer J.W. Keemink, oud-hoofd van de openbare lagere school in het dorp, bepleitte handhaving van dit gedeelte met succes. Het gedeelte van de Korensteeg tussen Beukenlaan en oude rijksweg werd bij raadsbesluit van 14 augustus 1968 omgedoopt in Bruno Fabriciusstraat. Omdat de uitmonding van de Korensteeg op de rijksweg zou vervallen moest de steeg, die inmiddels een straat was geworden, beschouwd worden als een verlengstuk van de Bruno Fabricius-straat in de richting van de Beukenlaan.

De naam Hakschaer houdt verband met een deel van een gemeenschappelijk bos, waarin gehakt mocht worden. Het begrip "schaar" behoeft niet altijd op bos gronden betrekking te hebben. We kennen ook schaarweiden. In de oorkonde van 855, waarbij Folckerus zijn bezittingen aan het Werdensekloos ter schenkt, komt al voor: "In silva que diciturPuthemscaras XXVIII". (In het Putterbos 28 scharen). "Scaras" kan hier slaan op een deel van een gemeens chappelijk bezit of beheer. Zou dit het geval zijn, dan mag worden verondersteld dat er in 855 al een soort mark of maalschap voor het Putterbos heeft bestaan, "Scaras" kan ook uitsluitend bedoeld zijn als aanduiding van een bepaal de oppervlakte.

Uit: Straatnamenboek, K. Friso, Uitgave buro voorlichting gemeente Putten, 1986.