Skip to content

KERKPLEIN

Plein, gelegen aan de noordzijde van het Oude Ned. Hervorm- de Kerk. Dit plein wordt elke woensdagmorgen gebruikt voor de wekelijkse warenmarkt. Gedurende de overige tijd dient het plein als parkeerplaats. Vroeger lag op een groot gedeelte van het kerkplein het kerkhof. Dit kerkhof strekte zich ook uit tot het gedeelte tussen de kerk en het restaurant "De Heerdt", Het meest noordelijk gelegen gedeelte van het huidige kerkplein was vroeger in gebruik als tuingrond. In 1829 werd op een gedeelte van het voormalig kerkhof de openbare lagere school gebouwd. Vóór 1829 werd school gehouden in een uitbouw van de kerk. Deze uitbouw bevond zich aan de zuidzijde. Daar lag ook een plein, omgeven door een muur. Dit plein behoorde toe aan de kerk en werd in die tijd het Kerkplein werd genoemd. Aan de rand van het plein stond de dorpspomp (zie toelichting bij Dorpsstraat) en de grond bij de pomp werden als marktterrein gebruikt. Ook van het Kerkplein werd wel gebruik gemaakt, getuíge het feit dat geklaagd werd over de omstandigheid dat de koeien tijdens de Ossenmarkt op dat plein soms met de poten in het water stonden. De openbare school werd in 1953 afgebroken en vervangen door de Prinses Marijkeschool aan de Kelnarijstraat.

Tijdens de razzia in 1944 werd in deze school een groot gedeelte van de op gepak te Puttense mannen vastgehouden. Aan de oostkant van het Kerkplein ter hoogte van de Kelnarijstraat werd kort voor de eeuwwisseling een marktgebouw gesticht. In 1898 besloot de gemeenteraad tot deze stichting en de plaats van het gebouw werd als volgt omschreven: "op het plein naast de school achter de kerk tegenover de weg naar het postkantoor". De Kelnarijstraat, die langs de oostkant van het plein loopt werd in die tijd nog het "Schoonderbeekse voetpad" genoemd.

In 1907 werd het marktgebouw - ook wel de "Botterlap" genoemd - vergroot. In 1921 drong de Puttense Pluimveevereniging er op aan een beschutte verkoopgelegenheid voor de eierhandel te bouwen. In hetzelfde jaar vroeg de Vereniging "Plaatselijk Belang" om vergroting van het markt terrein. De gemeenteraad besloot de markthal te vergroten met een overdekt gedeelte zowel langs de zuidzijde als de westzijde.

De Ossenmarkt gaf nog al eens aanleiding tot moeilijkheden. Vechtpartijen en dronkenschap veroorzaak ten veel ellende. Vetes werden uitgevochten en soms leidde dat gebruik tot ernstige gevolgen. Niet alleen gewonden maar zelfs waren er doden te betreuren . Op 1923 werd besloten de Ossenmarkt op te heffen. Enkele jaren daarvoor waren de kermis vermakelíjkheden al verboden. Later werd de Ossenmarkt weer in ere hersteld, kon men weer mopkoek slaan en een borreltje drinken in de café's. De politie bleef op die dag werk houden met marktbezoekers, die na afloop van de markt wat te diep in het glaasje hadden gekeken en de weg naar huis niet konden terugvinden. Vooral de eiermarkt nam toe. In 1929 werden 19.070.000 eieren verhandeld. In 1930 bedroeg di t aantal 22.750.400. De markt was tot een van de grootste van het land uitgegroeid. In 1929 werd besloten de warenmarkt, die in de Kerkstraat en "aan de pomp" werd gehouden te verplaatsen naar de plaats waar de kippenmarkt werd gehouden, De kip-enmarkt werd overgebracht naar de overdekte ruimte van het marktgebouw 's woensdags en naar de ruimte tussen dat gebouw ende kerk. Het plein noordelijk van de kerk ging in dat jaar dus voor het eerst als marktterrein dienst doen. Het plein kreeg in de volksmond de naam "markt" of "marktplein". In hetzelfde jaar werd een nieuwe eierhal geopend, ontworpen door de gemeente-opzichter A. v. d. Berg. Het bestuur van de Puttense Pluimvee vereniging schonk een klok bij de opening. Deze klok hangt thans in de hal van de dienstingang van het nieuwe gemeentehuis. De eierhal deed voor de oorlog in de eerste plaats dienst als gebouw voor de eierhandel. Daarnaast werd de hal ook in die tijd al voor evenementen, tentoonstellingen e.d. gebouwd. Na de oorlog verdween langzamerhand de eiermarkt. De hal kreeg meer en meer een functie in het kader van culturele manifestaties, De hal moest het veld ruimen voor de bouw van het nieuwe gemeentehuis. In 1929 was de hal gebouwd op de plaats waar de woningen van Mej. C. Moll en G. v.d. Weitgraven hadden gestaan. De woning van Mej. C. Moll was voorheen het "schoolhuis" gewees t, waat haar vader, schoolhoofd A. Moll en haar grootvader, school- hoofd W. Moll hadden gewoond. Haar vader had het huis van de kerk gekocht. Toen het huis nog van de kerk was noemde men het ook wel de "kusterie". Het schoolhoofd was namelijk te gelijk koster. In 1934 brandde het oude marktgebouw, de zgn. "Botterlap. af. Velen vonden het een opruiming. Het marktplein werd er door vergroot. De brandweer had tijdens de brand pech. Men beschikbte nog maar pas over een motorspuit, en het was de eerste brand waarbij de motorspuit kon worden gebruikt.

Op weg naar de brand verloor men een gummiring van de koppling. Gevolg was dat er geen water kon worden betrokken uit de brandput. Machteloos moest men aanzien hoe de hal afbrandde. De brand leverde gevaar op voor de kerk de school. Uiteindelijk moest de hulp van de Ermelose brandweer ingeroepen. In 1934 werd van het Kroondomein grond gehuurd achter de eierhal. Enige jaren later werd op deze grond de kleine eierhal gebouwd (1938). In 1960 werd aan het marktplein naam "Kerkplein" gegeven. Na de gereedkoming van "De Aker" en het nieuwe gemeentehuis ontstond een tweede plein zuidelijk van de Papiermakerstraat, genaamd het Fontanusplein. In 1980 werden beide pleinen heringericht. Het Kerkplein kenmerkte zich door de vele iepebomen. Naarmate de markt groeide verdwenen de bomen. In 1927 moesten er bijzonder veel sneuvelen. De raad besloot de bomen langs het marktgebouw (oude markthal) achter de school om de rij te laten rooien. Uitdrukkelijk werd daarbij bepaald dat de "bomen van Boeve" moesten blijven staan omdat die bomen niet van de gemeente waren. Ze bleven staan en staan er nog steeds. Het toenmalig raadslid klaagde dat er al zo weinig bomen meer mn het dorp stonden en dat hij het met het oog op het vreemdelingen verkeer jammer vond dat ook op het marktplein zoveel begroeiing moest verdwijnen. Bij de herinrichting van het Kerkplein in 1980 werden weer veel bomen geplant.

Uit: Straatnamenboek, K. Friso, Uitgave buro voorlichting gemeente Putten, 1986.

Back to top