Skip to content

Boerderij 4

De BOERDERIJ van het type hallehuis bevat een voorhuis met kelder en een achterhuis waarin zich het bedrijfsgedeelte bevindt. Het gebouw telt één bouwlaag en een zolderverdieping en is opgetrokken op een rechthoekige plattegrond afgedekt met een rietgedekt wolfdak. Op de nok bevinden zich rode vorsten en een gemetselde schoorsteen met rookkap. Aan voor- en achterzijde bevinden zich bewerkte windveren. De gevels, opgetrokken in kruisverband bezitten muurankers aan voor- en achterzijde. De symmetrisch ingedeelde VOORGEVEL heeft in de eerste bouwlaag twee vierruits schuifvensters met luiken geflankeerd door twee kleinere vierruits schuifvensters met luiken. De vensters hebben bovenlichten gevuld met glas-in-lood en worden aan de bovenzijde afgesloten door een strek met een licht getoogde onderzijde. Voor de zolder bevinden zich twee tweeruits, staande en getoogde vensters. Alle vensters hebben grijsgepleisterde onderdorpels. De gevel wordt langs de dakrand door middel van vlechtingen afgewerkt. Geheel links onder in de gevel bevindt zich een klein kelderlicht. De RECHTER ZIJGEVEL bevat ter hoogte van het woonhuis een dubbel enkelruits venster met luiken. In het achterhuis van links naar rechts een mestdeur, een loopdeur, twee mestdeuren en een loopdeur. Al deze deuren zijn aan de bovenzijde afgesloten met een korfboog. Tussen deze gevelopeningen bevinden zich gietijzeren stalraampjes. De LINKER ZIJGEVEL heeft ter hoogte van het voorhuis van rechts naar links drie nieuw aangebrachte vensters en een deur. In het achterhuis bevinden zich van rechts naar links een opgeklampte loopdeur, twee mestdeuren, een loopdeur en een mestdeur. Deze deuren zijn aan de bovenzijde met een korfboog afgesloten. De ACHTERGEVEL heeft in het midden een dubbele deeldeur onder korfboog. De gevelopening is omgeven door blokken hardsteen en een hardstenen sluitsteen met het jaartal 1860'. Aan weerszijden van de deur bevinden zich raampjes onder korfbogen. Links en rechts in de gevel bevinden zich korfboogvormig afgesloten loopdeuren. De gevel is langs de dakrand met vlechtingen afgewerkt. Het INTERIEUR bestaat uit een voorhuis en een achterhuis met middenlangsdeel. Het voorhuis is wat indeling betreft ongewijzigd, wel is de keuken vergroot. De oorspronkelijke deuren zijn nog aanwezig en ook de schouw, met kast en betegeling. De kelder is vermoedelijk ouder (afkomstig van de voorganger) en heeft een tongewelf. De opkamer is nog aanwezig. Het achterhuis heeft ankerbalkgebinten met gezaagde gebintstijlen en vernieuwde stallen. De deel heeft een betonnen vloer.

Waardering BOERDERIJ (complexonderdeel 1) uit 1860

  • Van architectuurhistorische waarde als goed typologisch voorbeeld van een boerderij van het type hallehuis, met een voor de Veluwe kenmerkende hoofdvorm. De boerderij is goed bewaard gebleven en valt onder meer op door de fraaie gevelindeling en bewerkte windveren.

  • Van stedenbouwkundige waarde als hoofdonderdeel van het boerderijcomplex, dat een karakteristiek onderdeel is van het historisch gegroeide buitengebied ten zuiden van Putten. Hier vertegenwoordigt het vanwege de verschijningsvorm en de markante ligging in een bocht van de weg een grote landschappelijke waarde.

  • Van cultuurhistorische waarde als hoofdonderdeel van het boerderijcomplex, dat een representatief voorbeeld is voor de ontwikkeling van de landbouw in de tweede helft van de negentiende eeuw, in het bijzonder voor de Veluwe. De boerderij is onderdeel van een groep boerderijen behorende bij het landgoed Hell, en aan de bouwplaats is een oude geschiedenis verbonden.

Bron: https://monumentenregister.cultureelerfgoed.nl/.

Back to top