Skip to content

DIERMENSEWEG

Heette vroeger Allersteeg Aan deze steeg stond het versterk te huis "Den Aller" vermoedelijk kort na 1372 gebouwd. In 1372 werd namelijk een huis "Den Aller"verwoest. Het verwoeste huis stond niet op de zelfde plaats Waarschijnlijk dicht nabij het huidige Oldenaller. In dit verband verwijzen we naar de toelichting bij Oldenallerallee. Het kort na 1372 gebouwde huis "Den Aller"werd lange tijd bewoond door leden van het riddermatige geslacht Van Aller. In 1501 wordt "Den Aller"verkocht aan de keukenmeester van hertog Karel van Gelre, Sander Bentinck, die ook eigenaar werd van de huizen Berencamp en Schoonderbeek. Schoonderbeek werd in 1519 verkocht, Den Aller en Berencamp bleven tot na het jaar 1800 in handen van leden van het geslacht Bentinck. In het begin van de 19e eeuw werd het huis "Den Aller "afgebroken. Op dezelfde plaats werd de boerderij "Aller"gebouwd. In de nabijheid van de boerderij zijn restanten van grachten van het vroegere versterk te huis "Den Aller"nog zichtbaar.

Tot het huis "Den Aller"behoorde eertijds de Allermolen. Het bij de molen behorende huis diende tevens als herberg. Verwezen wordt naar de toelichting bij Broekermolenweg en Tintelersteeg. De Diermenseweg heeft zijn naam te danken aan het feit dat de weg een aantal tot de buurtschap Diermen behorende oude boerderijen ontsluit. Behalve het reeds genoemde "Aller"noemen we"Klein Bokhorst ", "De Beitel "en "Ozekengoed ". De "oerboerderij"van de buurtschap, genaamd "Groot Diermen",ligt aan de Kromme Koesteeg. Hoewel door brand geschonden en in de loop van de tijd verbouwd, bevat de boerderij toch een aantal elementen uit de tijd van de Renaissance. Aan de boerderij is de naam van het geslacht Van Diermen bonden. Een tak van dit geslacht was met Groot Diermen verbonden, een andere tak met het zadel leengoed "Schootmans goed"aan de Putterbrink. Van horigen werden de Van Diermens dienstlieden. Zowel Groot Diermen als Schootmansgoed behoorden tot de bezittingen van de proost van Werden en werden "gevrijd".Uit het geslacht van de Van Diermens kwamen belangrijke figuren voort. Zo werd in 1424 een Claes van Dyrem genoemd als peinder te Garderen. Dezelfde verklaarde in 1401 van de proost te Werden ontvangen te hebben de Hof te Putten zoals Gerit Scoutman daarmede was beleend.

Als behorende tot de Ridderschap van de Veluwe tekende hij mede het Verbond van Ridderschap en steden van Gelre en Zutphen uit het jaar 1435. In 1450 was Jacop van Diermen, zoon van genoemde Claes, schepen in Harderwijk en holtrichtervan de malenschap ' t Speulderbosch.

Uit latere tijd noemen we Cosijn van Diermen, die in 1697 kerkemeester te Nijkerk was en meermalen als gerichtsman optrad.

Het geslacht leverde evenals de Van Arlers schouten van Putten.Zo was mr. Geurt van Diermen in 1740 schout en ontvanger te Putten en wordt mr.Nicolaas van Diermen in 1782 als zodanig genoemd. Laatstgenoemde was tevens stadhouder en griffier der goederen en lenen van de opgeheven Kelnarij van Putten (1803).

Uit: Straatnamenboek, K. Friso, Uitgave buro voorlichting gemeente Putten, 1986.

Back to top