MAURITSSTRAAT

Genoemd naar Maurits, graaf van Nassau, Vianden, Buren, Leerdam en Meurs. Hij werd geboren op 14 november 1567 te Dillenburg en overleed in 1625 te 's-Gravenhage. Hij was een zoon van Willem van Oranje en Anna van Saksen. In 1577 kwam hij naar de verenigde republiek der Nederlanden en werd in 1584 voorzitter van de in dat jaar opgerichte Raad van State. Was stadhouder van Holland en Zeeland van 1585 tot 1625, van Overijssel van 1589 tot 1625, van Utrecht van 1590 tot 1625, van Gelderland van 1591 tot 1625 en van Groningen en Drenthe van 1620 tot 1625. In 1585 werd hij naast stadhouder tevens kapitein-admiraal-generaal van Holland en Zeeland. In 1590 werd hij benoemd tot kapitein-admiraal-generaal van de zeven verenigde Nederlanden. Hij hervormde het leger. In 1590 veroverde hij Breda op de Spanjaarden, in 1591 Zutphen, De venter, Delfzijl, Hulst en Nijmegen, in 1592 Steenwijk en Coevorden, in 1593 Geertruidenberg, in 1594 Groningen, in 1597 de Achterhoek en Twente. Bekend is de tocht tegen het kapernest Duinkerken. Hij overwon bij Nieuwpoort in 1600. Overigens had de tocht geen resultaat. In 1604 moest hij Oostende en in 1606 Oldenzaal en Grol (Groenlo) aan de Spanjaarden verliezen. Verschillen van inzicht ontstonden tussen Maurits en Johan van Oldenbarnevelt. Maurits verzette zich tegen het 12-jarig bestand, terwijl hij meer oog had voor de belangen van alle gewesten. Ook de godsdienst twisten tussen Remonstranten en Contra-Remonstranten speelden in de verhouding Maurits-Van Oldenbarnevelt een rol. In 1619 werd Van Oldenbarnevelt onthoofd. In 1623 waren zoons van Van Oldenbarnevelt betrokken bij een aanslag op het leven van Maurits. Na zijn dood in 1625 werd hij opgevolgd door zijn broer Frederik Hendrik. Maurits bleef ongehuwd. Wel had hij omgang met Jonkvrouwe Margaretha van Mechelen, bij wie hij vijf dochters en twee zoons had. De zoons werden stamvaders van de families Nassau-Odijk en Van Nassau-La Lecq. De Mauritsstraat werd aangelegd voor de ontsluiting van gronden, bestemd voor woningbouw. De naamgeving had plaats in de raadsvergadering van 18 november 1960.

Uit: Straatnamenboek, K. Friso, Uitgave buro voorlichting gemeente Putten, 1986.