VLEESSTEEG
Genoemd naar een gebied in de buurtschap Diermen, dat "Vleesland" heette. Naar dit gebied werd ook genoemd de boerderij "Vleesland" staande zuidwestelijk van de hoek Vleessteeg-Schremmersteeg. De Vleessteeg heette in de vorige eeuw Vlijersteeg, later Vlijesteeg en ook welVleihesteeg. Ook het gedeelte van de Schremmersteeg tussen Vleessteeg en Nijkerkerstraat werd in de vorige eeuw Vlijersteeg genoemd.
In 1960 kreeg de weg de naam Vleessteeg. De naam heeft niets te maken met het bij ons bekende woord vlees. In malenboeken van het Helderveld komt Vleesland voor als Vleisland of Vleischland. Het Vleischland behoorde aan de malenschap toe en werd herhaaldelijk als cultuurgrond (weiland) verpacht. Zo vinden we in de malenboeken dat Hendrik Peters en op 22 oktober 1788 het "halfmorgen" 't Vleisland gelegen in Diermen" voor de tijd van zes jaren van de malen "uijt de hand" heeft gehuurd. Op 8 november 1792 besluiten de op de Renselerberg vergaderde Veldgraven en Geërfden van de malenschap het Vleischland te verpachten aan Maas Rijken. Maas Rijken houdt de pacht tot 1803. Op het "Vleischland" moet ook nog wat hout gewas hebben gestaan, getuige het feit dat het Hout van 't Vleischland in 1851 voor f 16,-- wordt verkocht aan de erven Hendrik van Bokhorst. Omstreeks 1856 gaat het "Vleischland" in verband met de opheffing van de Helder malenschap over op F. v.d. Langemheen.\ De naam "Vleischland" heeft te maken met "vlesch" of "flesch", typische Veluwse verbasteringen van het oude oord "vlaas". "Vlaas" duidt op een moerasachtige strook grasland, op een moerasachtige weide met stilstaand waten dan wel op een gat of kuil waarin zich water verzameld heeft. Vlaas werd vooral in Zuid-Nederland als aanduiding voor een gras achtig moeras gebruikt. Op de Veluwe noemde men zo'n moeras of gat een "vlesch" of "flesch" (denk bijv aan de bekende Gerrits fles!). Het woord "vlaas" heeft connectie met het woord vlakte of het oude woord "vlacke". Vlacke duidt ook op een moeras gebied met stilstaand water.
Eveneens speelt het oude woord "vlade" in dit verband een rol. Een vlade was een overgangsgebied tussen moeras veen en hoogveen. De Drentse plaatsnaam "Vledder" is van "vlade", "flade" en "fledder" afgeleid. Het "Vleischland" in Diermen moet moerasachtige delen gehad hebben, getuige de namen van de boerderijen "De Plas" en "Watergat", die in deze omgeving voorkwamen.
Het oude volksliedje "Altijd is Kortjakje ziek" moet in de omgeving van het "Vleischland" niet onbekend zijn geweest. Aan de Vleessteeg stond een huis je op een stukje grond van de malenschap waarvoor de bewoner verplicht was "malenpacht" te betalen. De bewoner heette Jan Gerritsen en werd volgens de malenboeken "in de wandeling Kortjakje" genoemd. In 1790 betaalt hij bovendien nog 30 cent als pacht voor een "aangegraven stukje velt" bij zijn woninkje, dat het "Haaghuisje" heette. In 1794 staan de veldgraven en geeriden van de Heldermalenschap toe dat hij een heul bij zijn huis legt. Heulen bestonden in die tijd uit uitgeholde boom stammen. Op de plaats van het oude Haaghuisje, waarin Kortjakje woonde, is enige tijd geleden een nieuw huis gebouwd dat de oude naam draagt.
Uit: Straatnamenboek, K. Friso, Uitgave buro voorlichting gemeente Putten, 1986.