Kosten

De aanleg van de weg was begroot op 400.000 gulden. Er wordt wel vermeld dat de totale kosten van aanleg uiteindelijk ca 700.000 gulden waren, maar daar heb ik geen bronnen voor kunnen vinden.

Figuur 7. Opregte Haarlemsche Courant, 30-12-1830

De lening van f 400.000,- was opgedeeld in 400 coupons van f1000, -. Blijkbaar was er toch meer geld nodig, want in 1831 is er sprake van een tweede zogenaamde negotiatie, in dat geval van f 100.000. Deze lening wordt opgedeeld in 100 coupons van f1000,-. De leningen werden uitgeschreven namens de Commissarissen van den Straatweg langs de Zuiderzee. Daarin hadden zitting burgemeesters van de aanliggende plaatsen, waaronder in later jaren dhr van Eeghen, burgemeester van Putten.

Figuur 8. Opregte Haarlemsche Courant, 28 april 1831

De gemeenten waren verantwoordelijk voor de bekostiging van het deel in hun eigen gemeente. De tollen leverden helaas niet genoeg op om deze kosten te dekken. Daarom werd uiteindelijk in 1845 het beheer van de weg overgenomen door het rijk. De gemeenten bleven nog wel met de schulden zitten.

Ter indicatie van de kosten van onderhoud: In 1852 was voor onderhoud van de weg vanaf Hoevelaken naar Harderwijk in de Rijksbegroting een bedrag van f 6675 opgenomen, en voor de weg vanaf Harderwijk tot aan het Katerveer (bij de IJssel) een bedrag van f 9500,- opgenomen. 5)